Uitnodiging dedato juni 1906 van de Algemeene Rembrandt-Commissie voor het bijwonen van de gala-voorstelling in de stadsschouwburg op maandag 16 juli 1906 ter gelegenheid van de 300ste geboortedag van Rembrandt.

Brief van deze commissie van juli 1906, met het verzoek om als ceremoniemeester behulpzaam te zijn op maandag 16 juli in de ochtend in de Westerkerk en 's avonds in de Stads-schouwburg. 'Mocht deze uitnoodiging door U worden aangenomen, dan zal U eene toegangskart met eene dame worden toegezonden.'

Brief van het bestuur van Arti van 21 juni 1906 waarin aan Monnickendam gevraagd wordt om als ceremoniemeester op te treden bij de door Arti te brengen hulde aan de nagedachtenis van rembrandt op 15 juli

Verzoek van de Wereldkroniek van 23 mei 1906 om een foto te mogen maken van 'Aan den zelfkant' op de 4 jaarlijkse te Rotterdam.

Brief van C. en E. Spoor ( waarschijnlijk de schilder Cornelis Hendrik Rudolf Spoor, Den Haag 2 augustus 1867 - Heemstede 22 februari 1928,woonde in Amsterdam tussen 1897 en 1918, bron: Scheen) van (gelet op de inhoud van de brief: augustus) 1906: 'Den dag na de Toornsche reis','O waarde M en huisvrouwe! O Amsteldijksechtpaar!' aldus de aanhef. Monnickendam was langs geweest op een avond, terwijl Spoor niet thuis was en dat speet Spoor zo zeer dat hij het echtpaar uitnodigt voor een zondag of maandagavond. Spoor vervolgt met een soort gedicht, Erg leukHij vertelt dat hij naar Hydepark zou gaan alwaar o.a. een portret te zien is van Schwarze, de vader van 'onze Therese, nu mevrouw Van Duyll (pas in de echt verbonden tusschen de Zwitserse Hooglanden)'. welke portretten hem misschien kunnen helpen bij het maken van een portret van hare gestorven schoonmoeder ('hare' slaat terug op mevrouw Van Loon) en vertelt vervolgens waarom hij die avond weg was ( er even tussen uit om de sleur te doorbreken) en vertelt over zijn vrouw. Vergelijk 205 c. Tijdgenoten.

Brief van 14 augustus 1906 op het briefpapier van Hotel Bayerischer Hof met gelukwensen van het voorgenomen huwelijk. Hoewel de handtekening niet te lezen is, is deze waarschijnlijk van Wertheim, waar Alice gouvernante is geweest.

Brief van 3 januari 1906 van Piet Goedkoop Jr (Amsterdam), met gelukwensen voor het nieuwe jaar. 'alweer een brief van hem', schrijft deze man. Hij vertelt vervolgens dat hij zelf wilde schilderen, doch dat zijn vader hem adviseerde les te nemen en dat hij vervolgens Monnickendam koos. Hij bedankt Monnickendam dat deze langs wilde komen en hem van advies gaf, maar wil er eigenlijk mee stoppen en meer op zijn eigen benen gaan staan. De brief geeft aan dat hij veel eerbied voor Monnickendam heeft, doch enige geestelijke onzekerheid spreekt er ook uit. Waarschijnlijk: Pieter Goedkoop, Amsterdam 12 mei 1877 - Den Haag 17 augustus 1952 (bron: Scheen). zie ook 209 e en 219.Tijdgenoten.

Briefkaart gedateerd 29 juni 1907 van J. van Oort, waarin deze mededeelt dat hij tot zijn spijt op dinsdagavond geen gebruik kan maken van de vriendelijke uitnodiging. De kaart is gericht aan mevrouw.Johan Michiel ('Jan') van Oort, kunstschilder, 29 mei 1867 - 12 oktober 1938. Woonde en werkte in Amsterdam tussen 1900 en 1913. (Bron: Scheen).Tijdgenoten.

Aankoop gedateerd 26 juni 1907 door de Vereeniging tot bevordering van Beeldende kunsten (Arti) van de ets 'Germain d’Auxervois' voor de prijs van f 17,50.Prijzen.Interessant is de aantekening op de achterkant van allerlei namen: Jet, Joop, Lucie, Rachel, enkele onleesbare namen, S. Maris, Kroon, Knap, Jacques, Max en Martijn. Doorgestreept is v.oordt(?). Heeft dit te maken met de briefkaart als omschreven onder 205 a ? Tijdgenoten.

Briefkaart van C. Spoor van 29 juni 1907 uit Bloemendaal, Koepellaan 406, waarin deze de afspraak bevestigt dat Monnickendam en zijn vrouw naar Bloemendaal komen om: 'vroeg komen, Haarlem, Halsen bekijken, daarna boven op de St Bavokerk prachtig gezicht- koffie drinken Bloemendaal, rijtoer- biljarten, middag malen- fijne sigaar - avondwandeling, nachtegalen, maneschijn- vertrek - tranen en bloemen'.Kortom weer met veel humor: vergelijk 202.Tijdgenoten.

Brief van 19 juli 1907 aan 'Liebe Aliece und Monnickendam', waarin de schrijver o.a. verhaalt over de 'Pimpstein' die hij-zij ook heeft gebruikt en prachtige resultaten opleverde. Getekend: Olga Saul?? uit Denemarken. Zie ook 209 d.Tijdgenoten.

Brief van de Centrale Wergevers Risico-Bank van 28 augustus 1907, waarin een afspraak wordt voorgesteld met de schilder die de tekst zal schilderen bij 'de Reclameschilderij'. Het is duidelijk dat Monnickendam dit schilderij (of affiche?) heeft gemaakt.

Brief van de Nederlandsche Ambulance in Rusland van 20 januari 1907, waarin gevraagd wordt of hij met enige werken wil meedoen aan en soiree om aldaar 'eenige tableaux te stellen', met het verzoek om andere kunstenaars ook te vragen.

Brief van de 'Commissie van Bijstand ter bevordering der Belangen der Vereeniging 'Voor Jong Nederland', vereeniging tot bevordering v-h tijdelijk verblijf van kinderen in gezonde streken.' van 10 september 1907, waarin Monnickendam gevraagd wordt een lot te versieren.

Brief van Jb & Hk Salm, in assurantien, Doelenstraat 4 van 26 februari 1907, waarin een offerte wordt gedaan van de verzekeringspremie’s voor de tentoonstelling in Barcelona, die van 28 april tot 15 juli wordt gehouden met een mogelijke uitloop tot oktober. Verwezen wordt naar een gelijksoortige verzekering als gesloten voor 'Arnhem'.

Bedankbriefkaartje gedateerd 20 maart 1909 van Van der Waay voor het schitterende geschenk dat de Monnickendams hem hebben gegeven. :' Het geschenk doet den schilder alle eer aan'.

Briefkaart gedateerd 20 juli 1909 gericht aan Mevrouw Monnickendam, Soestdijkerweg 52 Hilversum: 'Wat leuk dat je zoo dicht in de buurt zit. Jammer van Martijn. Vervolgens een route beschrijving ,een verhaal over het kind ('Jetje') dat de schrijfster opvoedt en het verzoek om te komen naar Laren en te genieten van het mooie uitzicht.'Komt, zien en oordeelen!! Ik vind’t mooiste uitzicht v heel Laren'. Helaas is de handtekening niet te lezen.

Briefkaart gedateerd 20 juli 1909 gericht aan Mevr A. Monnickendam per adres de heer G. Oldenboom Soestdijkerstraatweg 52 Hilversum van Monnickendam aan zijn vrouw: 'Lieve Alice en Roosje,Ik ben springlevend en gezond 's avonds om 9 uur aan Americain afgezet. Wij zijn teruggekomen over Apeldoorn het Uddelermeer en Nijkerk Ik vond het zeer belangwekkend. Met vele groeten aan de waarde familie Oldenboom Martin'.

Briefkaart gedateerd 21 juni 1909 van F.W. Hudig, Amsteldijk 50 gericht aan Mevrouw Monnickendam De Ruyterstraat Stad: met het verzoek om zijn fotographien te mogen laten zien. 'Welke avond zal het U schikken als ik eens aankwam' en : 'met vriendelijke groeten aan U beiden'.

Een brief van de Pieter Goedkoop Jr uit Milaan van augustus 1909 met een verhaal over een schilderij dat misschien wel een Rembrandt zou kunnen zijn en een verwijzing naar het feit dat Monnickendam geinteresserd is het werk van Rembrandt. Zie ook: 204 en 219Tijdgenoten.

Een brief van Olga Lau(?) van 11 januari 1909. Zie ook: 205 d.

Briefkaart van 7 juli 1909 waarin Monnickendam erop gewezen wordt dat Buffa een apparaat hebben om dat euvel te verhelpen. Niet duidelijk waar het om gaat.

Brieven van M.E. Sadler:Brief van 3 september 1909 uit het Victoria Hotel te Amsterdam waarin deze Monnickendam vraagt of hij hem mag bezoeken om zijn schilderijen te mogen bezichtigen. De Heer Sadler introduceert zichzelf als professor aan de Universiteit van Manchester en zijn zoon is student te Oxford.

Brieven van M.E. Sadler:Tweede brief van 9 september (hoewel op het briefpapier van het Victoria Hotel, ditmaal uit Hotel Vieux Doelen te Den Haag) waarin hij, Sadler bevestigt dat hij heeft gekocht een tekening en Delftshaven voor een prijs van 22,18,4 pond oftewel f 275,-- (f150,-- voor Delftshaven en f 125,-- voor de Amsterdamtekening). Voorts wordt gevraagd de Delftshaventekening te laten inlijsten.

Brieven van M.E. Sadler:Blijkbaar is een en ander niet goed aangekomen: brief van 21 september 1909 (gericht aan Monnickendam De Kleine Gouwe Egmond aan den Hoef bij Alkmaar, Holland), waarin hij Monnickendam bedankt voor zijn brief van 20 september en waarin hij mededeelt de beschadigde aquarel terug te zullen zenden met het verzoek de beschadiging te repareren.