Jaar | Beschrijving | Map nummer |
Document.nr. en toevoeging |
1911 | Brief van de Nederlandsche vereeniging van Exposanten te Amsterdam dedato 10 maart 1911, waarin een cheque ter grootte van f 101,-- wordt toegezonden voor zijn affiche voor de Internationale Tentoonstelling voor moderne kantoorinrichtingen. 11 - 06 - AMST.Prijzen. | 0 | 216 - 2 |
1911 | Brief van Drukkerij 'Senefelder' van 23 maart 1911. Ook hier gaat het om een affiche, welke is niet duidelijk. Ook hier valt op hoe kritisch Monnickendam was t.a.v. de proefdruk en-of het orgineel. | 0 | 216 - 3 |
1911 | Brief van het hoofdbestuur van den Vrijzinnig-Democratischen Bond van 29 april 1911, waarin Monnickendam een cheque ter grootte van f 150,-- wordt toegezonden voor zijn affiche: het aanplakbiljet ten bate van de Adresbeweging voor de invoering van Alkgemeen Kiesrecht. 11 - 09 - DIV.Prijzen. | 0 | 216 - 4 |
1911 | Brief dedato 4 juli 1911 van de Vereeniging 'De Joodsche Invalide' te Amsterdam, waarin Monnickendam hartelijk bedankt wordt voor de 'buitengewoon prachtige teekening, welke UED: zoo goed waart ten dienste der door ons uit te geven kalender te maken.' | 0 | 217 - 1 |
1911 | Briefkaart van 11 juni 1911 waarin Monnickendam gevraagd wordt of hij tijd heeft om de ondergetekende, van Heuff, te ontvangen ivbm het Maandschrift: Kunst en Kunstleven'. | 0 | 217 - 2 |
1911 | Brief van 'De Amsterdammer, Weekblad voor Nederland' , Keizersgracht 333 te Amsterdam van 15 augustus 1911, met het verzoek om 'enkele regels - of meer' over Jozef Israels ter plaatsing te zenden.' Jozef Israels overleed op 12 augustus 1911. Dits is ook gebeurd. Nog nagaan.Tijdgenoten. | 0 | 217 - 3 |
1911 | Briefkaart van 29 juli 1911 van Stapper & Koeleman, Decor- en reclameschilders, waauit blijkt dat Monnickendam de heer Jan Stapper eerst naar Hobbe Smith heeft gestuurd, doch deze was niet op het aangegeven adres en verbleef in Wageningen voor zijn gezondheid en kon niet veel meer. Dus vraagt de heer Stapper Monnickendam of hij hem wil helpen ' en breng of stuur de bewuste teekening, zoodra deze weer in mijn bezit is.' | 0 | 218 - 1 |
1911 | Brief van dezelfde heer Jan Stapper van 21 augustus 1911, waaruit blijkt dat de plaat (t.b.v. de Zeemansbond) niet wordt uitgegeven omdat de bond opzag tegen de kosten. De heer Stapper ergert zich eraan dat men hem dat niet eerder heeft gemeld en vraagt Monnickendan wat zijn kosten zijn en of hij de tekening terug wil. | 0 | 218 - 2 |
1912 | Weer een brief van Pieter Goedkoop Jr van 29 januari 1912 uit Haarlem met het verzoek aan Monnickendam hem op te geven hoeveel hij hem verschuldigd is. gelet op de brief betrof het hier m.i. 'bijles'. Zie ook 204 en 209e. | 0 | 219 - 1 |
1912 | Brief van vader Goedkoop van 29 april 1912, waarbij hij op verzoek van zijn Pieter f 100,-- bijsluit. | 0 | 219 - 2 |
1912 | Aankoop door de Vereniging tot Bevordering van Beeldende Kunsten van 3 december 1912 van 'De Bok', een tekening voor f 60,--.Prijzen. | 0 | 219 - 3 |
1912 | Brief van 17 december 1912 uit Rotterdam: 'In opdracht van Mevrouw van den Bergh - Willing, zend ik U hierbij f 200,-- in bankpapier, waarvan de goede ontvangst gelieve te berichten.Hoogachtend (onleesbaar) 'Het nummer van het bankbiljet (BW 713371) is zelfs vermeld! | 0 | 219 - 4 |
1890 | Rede uitgesproken bij het 25-jarig ambtsfeest van Prof. C. L. Dake door Monnickendam. de rede is door hem zelf geschreven en geheel bewaard. Prachtig stuk. Dake, Carel Lodewijk, 26 augustus 1857 - 8 augustus 1918 werd in 1890 tot hoogleraar benoemd aan de Rijksacademie te Amsterdam. Bron: Scheen.“Kom, dichter, kom nu hier,en grijp in uwe lier.Kom, dichter met uw gouden haar,Nu tokkel op de juiste snaar,Daar mij hier in AmerikeinVan heinde en ver gekomen zijn,Aan dit zoo luisterrijk festein,Om Dake’s lof te zingen!Het is 4000 jaar geleen,Dat in het goddelijk Atheen,De Académie verscheenTot Nut van ’t AlgemeenNaar Hecademos is ’t genoemd,Een Grieksche Held wereldberoemd,Dit zegt geen lage vlijer,Maar het Lexicon van Meijer.En veel Professoren,Die het lkeven verlorenDoceerden sedert d’openingsdagTot loon voor vlijt en goed gedrag,De rechtspraak en grammatica,Anatomie - aestetica,De belleterie, filosofieNeurologie, psychyaterie,En al wat menschen moeten wetenWil men geen ezel zijn geheeten.En zoo gebeurd te AmsterdamDat Dake aan d’Academie kwam:Hij volgde Hecademos spoorEn ging ons in de wijsheid voorVerwarmde met zijn reednaarstaalDe grauwe Academiezaal,Hij nam een breed stuk zwart kontéEn streek er door ons teekning mee,En tooverde op ’t wit papierIn schoone lijn, met eed’len zwier:Athenes goden alte gader,Zoo zoon, zoo moeder en zoo vader,De Laökoon, Apollo, Zeus,Minerva en de venus kuisch,Centaur en hermafrodietDe heele berg, gelijk gij ziet.Des avonds werd op Blok en Net’t Klassieke schoon dan omgezet.En klonk er soms ons vroolijk lied,Dan sprak hij: Zingen gaat nu niet.Twee goden dienen tegelijk,Dat kan geenen, zelfs niet van Eijck.Dus schilder – teeken breed en rondMaar jongen! Jongen! Houd je mond.En zoo heb ik geschilderd wel 20 jaarEn grijzer dan grijs werd mijn zwarte haar,Gezwegen heb ik in zeven talenGeen eind zal er komen aan dit liedTer eere van dake’s benefiet…Want naast het beoefnen der Beeldende KuntStaat bij den Heer Dake ook zeer in de gunstHet ijvren in de kunstrubriek.Zijn lof is ons liefEn lief is zijn blaamWant alles is goed voor des schilders faam,Die faam die is gelijk het zout,Dat kunst’naars in het leven houdt.Tegeover het zout daar staat de suiker,Tegenover de stad daar staat Jan Duiker,Ja is het niet om tegen te foeterenWanneer ik voor vrouw en kind sta te ploeterenMet verf, krenten of rozijnen,Dat ik moet sluiten mijn gordijnenIk ben het eens met de vrij-liberalen,Dat geen gemeenteraad heeft te bepalenHoe laat ik mijn luiken neer moet halen.Men stelde bij ’t Lager OnderwijsZijn juiste adviezen zeer op prijs,Hij was van de Commissie een der ijvrigste ledenEn daar is hij nu uitgetreden.Want hooger en hooger stijgt zijn ambitie,Dat is bij groote mannen traditieEn ’t eind is niet te overzienHij wordt Arbiteer Elegentiarum misschienHij stijgt Hij stijgt Hij wordt MinisterDan juichen wij Hoera Hij is t’erDerhalve mogen wij de rede dateren op 1915.Tijdgenoten. | 0 | 220 - |
1913 | Brief van 18 februari 1913 (ontvangen in Amsterdam 11 maart) van Rachel ('je je liefhebbende Rachel'), die vanuit Beunos Aires schrijft over het leven aldaar, de prijzen, het orkestje waarin zij speelt (zeer cosmopolitische samenstelling), de reis ernaar toe en een verzoek aan Alice om postzegels toe te zenden voor 2 kleine jongetjses. Martin wordt verzocht om te regelen dat zij een plaats kan krijgen in het zusterhuis van de Boerhaave, zodat wanneer zij terugkomt (september) zij meteen kan beginnen aan de opleiding(?). Haarideaal: een eigen verpleging in een villaatje te Laren. En passant vertelt zij wat zij doet: lekker thuis blijven, lezen en 'een cigaret rooken'. | 0 | 221 - |
1913 | De Gouden Medaille van H. M. de Koningin voor 'Salome', 1913:a. Briefje gedateerd 6 april 1913 van freule M. de Jonge om Monnickendam te feliciteren met zijn 'gouden bekroning'.'Wij worden steeds trotscher op onze Professor'.Tijdgenoten | 0 | 222 - 1 |
1913 | De Gouden Medaille van H. M. de Koningin voor 'Salome', 1913:Briefkaart met gelukwens deato 8 april 1913 van J.A.L. Aanau(?). | 0 | 222 - 2 |
1913 | De Gouden Medaille van H. M. de Koningin voor 'Salome', 1913:Briefkaart van 2 mei 1913 van Louis de Vries : 'Amice Ik heb gisteren mezelf overtuigd van je buitengewoon werk 'Salome' in Art. Mijn innige gelukwenschen met je artistieke daad en de prachtige bekroning. Ik ben zeer verheugd zoo’n groot eminent kunstenaar tot vriend te hebben, je Louis de Vries'.Tijdgenoten. | 0 | 222 - 3 |
1913 | De Gouden Medaille van H. M. de Koningin voor 'Salome', 1913:Briefkaart van 4 mei 1913 van N. van der Waay met gelukwensen.Tijdgenoten. | 0 | 222 - 4 |
1913 | De Gouden Medaille van H. M. de Koningin voor 'Salome', 1913:Briefkaart met gelukwensen van J. Zoetelief Tromp uit BlaricumTijdgenoten. | 0 | 222 - 5 |
1913 | De Gouden Medaille van H. M. de Koningin voor 'Salome', 1913:Brief van 6 mei 1913 uit Doorn van?? gericht aan mevrouw Monnickendam ('Lieve Alice') met de vraag of er al een foto van 'Salome' is gemaakt. | 0 | 222 - 6 |
1913 | De Gouden Medaille van H. M. de Koningin voor 'Salome', 1913:Brief van 7 april 1913 van de redactie van 'De Prins der geillustreerde Bladen' met verzoek om een foto te mogen maken van 'Salome' ter afbeelding in het tijdschrift. | 0 | 222 - 7 |
1913 | De Gouden Medaille van H. M. de Koningin voor 'Salome', 1913:Brief van Persbureau M. S. Vas Dias van 8 april 1913 met het verzoek, i i.v.m. de toekenning van de gouden medaille (waarvoor zij hem gelukwensen) om een foto toe te zenden van hemzelf dan wel er een te laten maken. | 0 | 222 - 8 |
1913 | De Gouden Medaille van H. M. de Koningin voor 'Salome', 1913:Van hetzelfde persbureau een tweede brief van 12 april 1913, als antwoord op Monnickendams schrijven en waarbij zij bevestigen dat de foto alleen tot verspreiding in de geillustreerde pers zal worden gebruikt. | 0 | 222 - 9 |
1913 | Brief van 31 mei 1913 uit Berlijn van de 'Redaktion von Velhagen & Klasings Monatsheften', waarin verwezen wordt naar de Munchen Internationale tentoonstelling. | 0 | 223 - 1 |
1913 | Brief van dezelfde instelling van 14 juni 1913 met het verzoek om toestemming tot fotograferen te geven. | 0 | 223 - 2 |